Opmerkingen:
Voor meer informatie over Zwarte Piet: klik hier.
Dit is een vertaling van een Duits boek. Toch kunnen wij eruit opmaken dat het gebruik ook in Nederland plaats vindt. Dat blijkt uit het voorwoord van de vertaler:
“… want er kwam toch een en ander in voor, waaraan onze Hollandsche knaapjes niet veel zouden hebben, en dat heb ik of maar overgeslagen of naar onze vaderlansche begrippen vervormd en met vaderlandsche benamingen uitgedrukt. Wonderingen en buitengewone gebeurtenissen zal men er niet in vinden, maar enkel dingen die u in uwe jeugd zelf reeds voorgekomen zijn of misschien zullen voorkomen….”
Over het uiterlijk van bullebak wordt niet veel vermeld in de boeken. Wel opvallend is dat men vaak schrijft over de zwarte bullebak. Ook in combinatie met Sint Nicolaas is er een tekst over een zwarte bullebak. In dit boek vinden we een interessante beschrijving, waarin weer eens de inwisselbaarheid van zwart gezicht en masker naar voren komt:
“Toenmaals was er nog een bullebak. Dit was een grimmig man, met een zwart gezigt, of wel een masker voor hetzelve, in eene vreemde, lelijke kleeding, met een ‘zak op den rug en een bloot zwaard in de hand. Zoo ging de vreeslijke bullebak een paar dagen voor Sint Nicolaas op de straat rond, tierde, sloeg met het zwaard vonken uit de steenen, en maakte een ijslijk geweld…..”
“…zelfs verstandige lieden verkleedden zich als de bullebak, en liepen wel niet de straat rond, maar daarvoor kwamen zij in de huizen hunner verwanten en bekenden, en hielden eene ontzaglijk groote roede in de hand. …. Dan dreigde hij de goddelooze, stoute kinderen, die niet eens konden bidden, in zijn’ groote zwarten zak te steken, en mede te nemen; maar waarheen? Daarvan zeide hij geen woord. Eindelijk… werd de bullebak toch milddadig, en haalde noten en appelen uit zijn’ zak, wierp die op den grond en ging met vermaningen en bedreigingen heen.”
Auteur: | Löhr, Johann Andreas Christian |
Tekstbron: | |
Pagina: | 3 t/m 5 en 28 t/m 31 en 34 t/m 40 |