‘Maar aan al die ….preeken… stoorden de Nederlanders zich niemendal… zij wisten…dat zij die ’t beweerden te dwaas waren om aan te horen.’
Ook in vroeger tijden was er veel kritiek op de viering van het Sinterklaasfeest. Vanuit een Calvinistisch wereldbeeld (zie de uitleg bij Reformatie) werden allerlei gebruiken tijdens de Sinterklaastijd als heidens en afgoderij aangeduid. Dit lijkt op de kritiek die er is op Zwarte Piet. Er wordt een invulling gekozen die niet hard te maken is en die door een groot deel van de bevolking niet op die manier ingevoeld wordt. Achteraf bekeken is dat ook te verklaren omdat de beschuldigingen bepaalde vooronderstellingen in zich hebben die niet algemeen gedeeld worden en ook niet algemeen zijn. Zelfs niet door Calvinisten. Er wordt beweerd dat de traditie juist door de moeders, ook van Calvinistische huize, in leven is gehouden. Niet alleen voor de kinderen trouwens, ook de maskerades voor de jongelui gingen gewoon door en Zwarte Klaas heeft al die tijd gewoon zijn rondes gedaan door de straten.
In deze tekst het Schoen zetten.
Auteur: | Ter Gouw, Jan |
Tekstbron: | |
Pagina: | 260 |