Opmerking:

In dit verhaal wordt niet op de deur gebonsd maar timide aangebeld en verder is er geen sprake van Zwarte Piet, maar neemt de meid de honneurs waar.

Hier is sprake van een surprise.

Geen specifiek Sinterklaassnoep, maar wel lekkernijen.

‘Opstellen. Een winterdag.

Het is Sinterklaas. Iedereen is bezig geweest, om de cadeaus, zoo aardig mogelijk in te pakken. Daar slaat het 8 uren ; alle huisgenooten, zitten om de tafel, alle in verwachting, wat ze wel krijgen zullen. Tingelinge-ling daar gaat de bel, zachtjes wordt de deur open gedaan en er wordt iets binnen gegooid. Eén uit ons allen, gaat gauw naar de deur toe en wat staat daar ? Eene heele groote juffrouw ; wat is ze mager. Als je haar aan hare armen pakt, dan lijken het wel een paar latten. En wat staat daar op het briefje, dat op haar arm gespeld is? Een vrijster voor een van de jongens. Daar komt de meid binnen, met eene schaal vol oliebollen en met eenen ketel slempmelk. Nu komt er aan het gejuich geen einde. Gauw zijn de borden op tafel gezet en Moe schept op. Wat smaken de melk en de oliebollen lekker. Allengs gaat het op. Daar wordt een verbazende groote mand gebracht voor Moe.
Ha, daar komt een pakje voor mij. Ik pak het uit. Maar o, wat heb ik mij blij gemaakt met eene doode musch. Het is eene wortel en er ligt een briefje bij : Eet haar op, zoo staat er. En jawel, daar bijt ik op iets. Het is een mooie pennehouder. Zoo gaat den avond om en het wordt bedtijd, ’s Nachts droomen wij noch van de pret, die wij gehad hebben.’

Van een meisje (12 jaren).

 

 

Auteur: anoniem
Tekstbron:
  1. 1893 – De wekker, nieuwe bijdragen voor het onderwijs